“Vroeger was alles beter.” Het is een veelgehoorde uitspraak door de tijd heen. Mensen houden niet van verandering. Daar hebben ze nooit van gehouden, maar in onze snel veranderende wereld lijkt de weerzin om te veranderen extra groot te worden.
De politiek was beter
In de politiek zien we her en der conservatieve partijen verkiezingen winnen. Of ze nu uiteindelijk wel of niet aan de macht komen in formatierondes doet geen afbreuk aan de behaalde verkiezingswinsten. In het Verenigd Koninkrijk heeft de conservatieve partij een groot verlies te verwerken gekregen, maar desalniettemin zijn ze nog steeds de grootste partij. In Duitsland heeft het conservatief christelijk CDU de verkiezingen gewonnen, maar ook de rechtse partij AfD hebben ongeveer 13% van de stemmen in de wacht gesleept. In de Verenigde Staten heeft Trump met zijn boodschap van terugkeer naar het grote Amerika de verkiezingen gewonnen.
Ook hier in Nederland waren er grote winsten voor de PVV die graag Nederland voor de Nederlanders wil behouden. Het FvD heeft met een vergelijkbare conservatieve boodschap twee zetels in de Tweede Kamer weten te bemachtigen. Het CDA, met zijn zoektocht naar de Nederlandse identiteit heeft het zelfs tot in de nieuwe coalitie weten te schoppen. Ook zij vinden dat die identiteit vroeger beter was, en die moeten we – onder andere door het leren van het Wilhelmus – terugvinden en doorgeven aan onze kinderen.
De popcultuur was beter
Deze hekel aan veranderingen zien we heel tekenend terug in de hedendaagse films. Ja, vroeger waren de films beter. Vandaar dat we op het witte doek veel heruitgaven van klassiekers tegenkomen. Wanneer het niet een heruitgave is, dan is het wel een vervolg op een bestaande reeks films. Of eigenlijk liever geen sequel, maar een prequel.
Een sequel neemt de bestaande situatie en breidt daar verder op uit. Dit zal uiteindelijk leiden tot een verandering van de wereld. Liever kijken we naar een verhaal dat ons laat zien hoe we tot onze bekende wereld zijn gekomen. Want zoals het nu is, is goed genoeg, en daar zien we liever geen verandering in komen. We weten waar ze naar toe werken, en dat is lekker vertrouwd en comfortabel. Wij hoeven ons geen zorgen te maken om verandering in de wereld.
Niet alleen in de “worldbuilding” zien we dit conservatisme terugkomen. Ook in het verhaal zelf worden we liever niet geconfronteerd met veranderingen. Vroeger, toen de films nog beter waren, zagen we aan het begin onze protagonist met een dilemma geconfronteerd worden, en in de loop van het verhaal moest deze hoofdpersoon door externe conflicten dit interne conflict het hoofd bieden. Na afloop van de film had de hoofdpersoon een verandering doorgaan, en was uiteindelijk hopelijk een beter persoon geworden. In ieder geval was het niet meer helemaal dezelfde persoon gebleven.
In tegenwoordige films zien we weinig zo’n verandering van de hoofdpersoon. Waar aan het begin van de eerste Jurassic Park film de hoofdpersoon een hekel had aan kinderen, en aan het einde tot inzicht was gekomen dat kinderen nog niet zo erg zijn; zien we in de Jurassic World film onze kinderhatende hoofdpersoon geen haar beter worden.
Waar Deckard in de originele Blade Runner het interne conflict van replicant zijn moest oplossen, hoeft agent K. in Blade Runner 2049 alleen maar wat externe conflicten het hoofd te bieden. Uiteindelijk blijft hij hetzelfde, onveranderd. Lekker veilig allemaal, want vroeger (aan het begin van de film) zijn de personages al goed genoeg. We hebben geen behoefte aan veranderingen. Niet in onze werelden, en ook niet in onze filmhelden.
De toekomst was beter
De sterke hang naar terugkeer naar het goede van vroeger, zoals tot uiting komt in de leus “Make America Great Again“, zal ons niet verder brengen. We maken onze toekomst tot een prequel van het heden. Het enige waar dat toe zal leiden is dat we het cirkeltje rond maken en weer uitkomen aan het einde van die prequel: het heden.
De onwil om te veranderen zal ons in de huidige status quo houden. Op de achtergrond verandert de wereld door nieuwe technologieën en verdergaande globalisering. Een plotselinge influx van grote groepen vluchtelingen, verdere digitalisering van onze samenleving, het uitvinden van kunstmatige intelligentie, of misschien zelfs een eerste contact met buitenaards leven; het zijn voorbeelden van veranderingen die mogelijk aan de horizon liggen. Het conservatisme maakt ons blind voor zulke veranderingen omdat we onze koppen in het zand van de tegenwoordige tijd hebben gestopt. Als we zo door gaan zijn we niet voorbereid op zulke veranderingen, en zal het inderdaad allemaal beter geweest zijn vroeger.
Laten we daarom naar de toekomst kijken, in plaats van naar het heden en het verleden. Laten we werken naar een goede toekomst, door ons er nu al op voor te bereiden. Als we die veranderingen omarmen zullen we er actieve invloed op uit kunnen oefenen. Niet om de verandering af te remmen of tegen te werken. We gaan de toekomst beïnvloeden, niet voor behoud van oude normen, maar voor het inpassen van nieuwe normen in de waarden waar we allemaal beter van worden. In de toekomst wordt alles beter!